Om op school efficiënt en zelfstandig te kunnen functioneren moet een leerling zijn gedrag kunnen sturen. Hij moet bijvoorbeeld zijn impuls beheersen om zomaar door de klas te roepen, onthouden …
Datum: 21 april 2015
De Sint Jorisschool uit Heumen ontving vorig jaar een voucher in het kader van een aanvraag voor het predicaat ’Excellente school’. Dit predicaat hebben zij net niet gehaald maar directeur Monique Vromen wil wel graag de kleur van haar school verder ontwikkelen: coöperatief leren. De voucher wilde zij besteden bij Marant, met als vraag: “Breng mij in contact met een andere school die ook coöperatief leren heeft omarmd, en denk mee over hoe wij over en weer van elkaar kunnen leren.” Monique vroeg aan mij welke school ik kon aanraden. Ik hoefde niet lang na te denken: natuurlijk IKC de Abacus in Huissen! Deze school heeft jaren geleden al de keuze gemaakt voor coöperatief leren. In december vond het afsluitend gesprek plaats, aan tafel bij Marant, met de pepernoten tussen ons in! Monique Vromen, meerschools directeur bij st. Condor, en Irene Onstenk, MT-lid van de Abacus waren mijn gasten.
Coöperatief leren is meer dan ‘groepswerk’. Het is een werkwijze waarbij leerlingen, in groepjes van 2 of 4, met elkaar samenwerken maar dan wel zo dat er sprake is van gelijke deelname is (G), er een groepsresultaat is maar tegelijk iedereen individueel aanspreekbaar is (I), de leerlingen op een positieve manier van elkaar afhankelijk zijn (P), en er simultaan interactie plaats vindt (S). Monique en Irene sommen moeiteloos deze zogenaamde GIPS kenmerken op. Ze hebben er, met het team, vaak mee geoefend! Een belangrijk sleutelelement van coöperatief leren is het werken met coöperatieve didactische structuren: gestructureerde werkvormen.
Van Heumen naar Huissen
Een afvaardiging van de st. Joris (Monique, Kim en Dinie) toog van Heumen naar Huissen en zag hoe ze op de Abacus het coöperatief leren in de praktijk brengen. Zij keken in de klassen, en praatten na met de stuurgroep. De Abacus is veel groter dan de St. Jorisschool. Bovendien is er een fusie gaande met basisschool het Tweespan. Een mooi proces waar ook veel samenwerking bij komt kijken.
De uitdaging is: hoe kom je zo snel mogelijk op één lijn? Irene ziet veel kansen met coöperatief leren! Door de gemeenschappelijke vergaderingen ook coöperatief te laten verlopen kunnen de nieuwe collega’s al kennis maken met de werkwijze. Die hen toch al vertrouwd is doordat zij met de Vreedzame school werken, ook hierin wordt gewerkt met coöperatieve werkvormen.
Maar om de puntjes op de i te kunnen zetten is professionele training nodig. Dat is iets voor na de zomervakantie, ik noteer het vast in mijn agenda! Op de Abacus is er een uitgewerkte kwaliteitskaart coöperatief leren waarin SMART beschreven staat wat je de leerkrachten in hun lessen ziet doen en hoort zeggen. Bij de opstelling van dit document is het team uiteraard nauw betrokken. Niet alleen geeft het een heldere richtlijn, ook voor vervangers of nieuwkomers, maar ook dient het als checklist bij klasbezoek, en als instrument voor kwaliteitsmeting. Bij zo‘n groot team is dit ook hard nodig, aldus Irene Onstenk. Zijzelf is een overtuigd voorstander van coöperatief leren, zij kan moeiteloos de voordelen en meerwaarde voor het leren van kinderen opnoemen. Het bevordert de sociale binding, deze geeft veiligheid, en die is nodig om te kunnen leren.
Ik refereer nog even aan de teambijeenkomst vorig jaar toen ik heb verteld over het reptielenbrein: als dit niet in rust is omdat een kind zich niet prettig voelt is er geen ruimte voor hogere ordeprocessen als leren. Kinderen leren het beste als ze zelf actief zijn: binnen de coöperatieve werkvormen zitten de kinderen niet passief te luisteren maar praten ze en/of bewegen ze. Ook hier valt de relatie met breinbewust leren weer goed te leggen: het brein heeft zuurstof nodig, letterlijk en figuurlijk, om te kunnen leren. Maar ook al ben je zelf zo overtuigd, hoe hou je alle collega’s, ook nieuwe, scherp!
Monique Vromen van de school in Heumen vertelt over de dakpanconstructie van haar stuurgroep: ieder jaar een lid eruit en een ander erin. Op die manier komt iedereen eens in die rol, en dat houdt iedereen scherp, actief en verantwoordelijk, ook in de ondersteuning naar de collega’s.
Van Huissen naar Heumen
Op hun beurt bezochten Irene, Kim en Diänne van IKC de Abacus de school in Heumen. Een veel kleinere school, in een klein dorp. Maar met een krachtige eigen ‘kleur’. We hebben het erover of het op een kleinere school makkelijker is om de neuzen dezelfde kant op te krijgen en een krachtige eenduidige visie uit te stralen. We denken van wel….. echter onafhankelijk van de schoolgrootte is een heel belangrijke factor: de aansturing door de onderwijskundig leider. Zonder sturing en inspiratie houdt geen enkele vernieuwing stand.
Monique Vromen is zo’n krachtige leider, zij zoekt steeds de balans tussen sturing en eigen verantwoordelijkheid, tussen ondersteuning en eisen stellen. Voorbeeldgedrag: in de bijeenkomsten die zij leidt past ze ook coöperatief leren toe, of het nu met de team leden, de OR, of ouders is. Ook op de st. Joris is er een kwaliteitskaart coöperatief leren, iets minder gedetailleerd. Zo’n document moet ook passen bij het team, teameigen zijn, anders werkt het niet. Het kijken in de klassen was erg leuk voor de mensen uit de ‘stad’ Huissen ;-).
Aan het einde van ons overleg sommen we nog eens op wat succesvolle zaken zijn om coöperatief leren levend en op de kaart te houden:
Ook interessant: hoe kun je coöperatief leren en leren-met- ict verbinden?
We nemen afscheid. Ik vond het erg leuk om zo’n gesprek te hebben mogen voeren, met twee van mijn klanten, bij wie ik een aantal jaren heb mogen bijdragen aan de schoolontwikkeling en aan wie ik mijn passie voor coöperatief leren heb morgen overdragen!
Wil je meer weten over coöperatief leren? Of heb je een vraag naar aanleiding van deze blog? Neem dan contact op met Marlie Vromen via e-mail