Om op school efficiënt en zelfstandig te kunnen functioneren moet een leerling zijn gedrag kunnen sturen. Hij moet bijvoorbeeld zijn impuls beheersen om zomaar door de klas te roepen, onthouden …
Datum: 20 april 2015
“Zin in?” Het wordt mij deze weken regelmatig gevraagd. Heb jij weer zin om te beginnen? Een lastige vraag. Enerzijds ben ik voldaan en ontspannen na een heerlijke vakantie en voel ik enige drang om me weer nuttig te maken. Ik kijk uit naar het weerzien met collega’s en klanten en het samenwerken aan interessante projecten. Maar als ik naar mijn agenda en mailbox kijk, gaat mijn aandacht uit naar afspraken waar ik tegenop zie en voel ik de werkdruk weer opkomen. Dan denk ik, liever nu nog even niet. Hoe kan ik mijn prettige gevoel van de vakantie vasthouden in mijn werk, zodat ik kan blijven genieten?
Misschien denk je net zo over de start van het schooljaar. Misschien sta je er heel anders in. Hoe je het ook wendt of keert, volgende week stromen in Zuid-Nederland de klassen weer vol met kinderen. De leerkrachten mogen ze welkom heten. Een mooi moment. Natuurlijk heb je je voorbereid op de nieuwe groep en zul je je best doen om al die kinderen hartelijk te ontvangen. Bij de eerste ontmoeting vallen de zorgen van je af, want de kinderen slokken de eerste schooldag al je aandacht op.
Zes weken vakantie en geen school. Dat is een lange tijd, waarin de kinderen letterlijk en figuurlijk doorgroeien. Een tijd van vrij zijn, samen met je ouders op pad, lekker spelen, buiten als het kan en binnen als het moet. Eindeloos gamen, film kijken of andere dingen doen waar je je in kan verliezen. Ondertussen voortdurend in contact (gebleven) met vrienden. De laatste vakantieweek begint het bij de meeste kinderen wel te kriebelen, anders wel bij de ouders die de kinderen wijzen op het einde van het vrije leventje. Volgende week gaat de wekker weer af. Op naar school. Een nieuwe groep, een nieuwe juf/meester of mentor. Hoe zal het gaan?
Sommige kinderen brengen zichzelf alvast in de schoolsfeer door het verzamelen van hun schoolspullen, versieren van de agenda of afspraken maken met schoolvrienden. Ze kijken er naar uit om hun klasgenoten weer te zien, de nieuwe leerkracht te ontmoeten, samen gericht en gestructureerd aan de slag te gaan. Andere kinderen stellen het moment van ‘denken aan school’ uit tot de laatste dag.
Gelukkig gaan de meeste kinderen graag naar school. Maar dat geldt niet voor iedereen. Denk aan kinderen met weinig positieve sociale contacten, of pestervaringen, kinderen die niet gemotiveerd zijn in leren op school of lage verwachtingen hebben van zichzelf. Uit onderzoek van Lisette Hornstra (2013) blijkt dat jongens, kinderen uit etnische minderheden en lage sociaal-economische klasse vanaf groep 5 een minder goede werkhouding laten zien. Wellicht zien zij ook meer tegen school op. Kinderen gaan dus, net als de leerkrachten, met verschillende gevoelens en verwachtingen naar school. Het is voor hen ook weer wennen.
Omdat de kinderen elkaar lange tijd niet meer hebben gezien hebben en ondertussen veel gebeurd is, begint elk nieuwe schooljaar de groepsvorming opnieuw. Hoe zorg jij als leerkracht dat de kinderen een goede start maken? Ga je strak beginnen, en laat je teugels vieren als het kan. Of neem je de tijd om te kijken wat er gebeurt, hoe de kinderen op elkaar reageren, en onderneem je actie als het nodig is? Volgens R. van Engelen (van het boekje Grip op de groep) is het belangrijk om vanaf dag 1 de regie te nemen en met de groep te werken aan een positieve band, door samen met de groep vanuit gedeelde waarden en normen, afspraken te maken over de omgang met elkaar, de werkhouding en de leerdoelen van het jaar. Zo voorkom je dat (een kleine) groep kinderen zelf het heft in handen gaat nemen.
Eigenlijk gaat het om de juiste dingen doen op het juiste moment. Interventies die passen bij de behoeften van kinderen in een bepaalde fase van de groepsvorming. In het schema hieronder zie je wat de kinderen nodig hebben van de leerkracht in de verschillende fasen van groepsvorming (Tuckman, Kees van Overveld) gedurende het schooljaar. De normingfase is hier, anders dan het natuurlijk groepsvormingsproces, voorop geplaatst om aan te geven dat de leerkracht direct de touwtjes in handen moet nemen.
Fases van de groepsvorming | Algemene onderwijs-behoeften van de groep |
Forming: De kat uit de boom kijken, elkaar verkennen |
|
Norming: Groepsnormen bepalen |
|
Storming: Wie is de baas? |
|
Performing: De groep is gevormd, de rollen zijn verdeeld, nu nog eraan blijven werken om terugval te voorkomen. |
|
Adjourning: Evalueren, afsluiten en vooruitkijken |
|
Komende weken komt het er op aan. Dus, meteen aan de slag. Hierbij een paar handige tips voor in de klas:
Ik wens iedereen die met een nieuwe groep kinderen van start gaat weer veel succes. Ga ervan genieten en hopelijk zijn mijn tips zinvol voor het groepsproces.
Wil je graag eens in gesprek gaan rondom groepsprocessen bij jou op school? Saskia van Dongen begeleidt scholen op het gebied van groepsprocessen. Neem voor meer informatie contact op met Saskia van Dongen, senior adviseur: e-mail