Om op school efficiënt en zelfstandig te kunnen functioneren moet een leerling zijn gedrag kunnen sturen. Hij moet bijvoorbeeld zijn impuls beheersen om zomaar door de klas te roepen, onthouden …
Datum: 16 april 2015
In de regel worden de toetsen van de rekenmethode beter gemaakt dan de Cito-toetsen (LOVS). Hoe dat kan? Het antwoord is simpel; er worden verschillende zaken getoetst.
De methodetoetsen voor rekenen worden zes tot acht keer per jaar afgenomen. In deze toetsen wordt de leerstof van het voorafgaande blok getoetst. Hebben de kinderen de aangeboden leerstof voor rekenen van dat blok goed begrepen en voldoende geoefend? Dit is in sterke mate afhankelijk van de kwaliteit van de instructies die leerlingen krijgen. Hoe hoger de scores op de methodetoetsen rekenen, hoe beter de leerkrachtvaardigheden op het gebied van rekeninstructie.
De geleerde stof heeft invloed op de rekenvaardigheid van kinderen en deze wordt getoetst door twee keer per jaar de Cito-toets LOVS af te nemen. De score op de Cito-toets is dus afhankelijk van het hele leerproces door de jaren heen. En daarnaast zegt deze toets iets over de capaciteiten en grenzen van de kinderen.
Het zijn dus twee heel verschillende toetsen: