Hieronder een overzicht van de meest gestelde vragen rondom onderwijsondersteuning van zieke leerlingen.
Juist voor zieke leerlingen is het essentieel dat onderwijs zo veel mogelijk doorgaat. De vertrouwde band met school, leerkrachten en medeleerlingen blijft hierdoor bestaan. Onderwijs geeft structuur en afleiding, doet een beroep op wat de leerling wél kan en biedt toekomstperspectief.
De school waar de zieke leerling ingeschreven staat, is verantwoordelijk voor het onderwijs. Dit is vastgelegd in de Wet Passend Onderwijs. De continuïteit van het onderwijs voor zieke leerlingen valt onder de zorgplicht van het schoolbestuur. Het schoolbestuur heeft de taak na te gaan wat de ondersteuningsmogelijkheden van de school zijn en kan daarbij een beroep doen op de voorziening Onderwijsondersteuning Zieke Leerlingen (OZL), waarvoor landelijke dekking is.
De voorziening Onderwijsondersteuning Zieke Leerlingen (OZL) is er voor alle leerlingen in het basisonderwijs, voortgezet onderwijs en in het middelbaar beroepsonderwijs. Er zijn 110 consulenten, die de onderwijsondersteuning voor zieke leerlingen in Nederland verzorgen. De consulenten OZL maken deel uit van Ziezon, het landelijk netwerk Ziek Zijn en Onderwijs. Ziezon is het kenniscentrum over alles wat met ziek zijn en onderwijs te maken heeft; zij beantwoorden alle vragen op dit gebied. OZL-consulenten kunnen bovendien indiceren of het gebruik van het project KPN KlasseContact een juiste oplossing is.
Zowel de school als de ouders kunnen contact opnemen met een consulent onderwijsondersteuning zieke leerlingen voor een consultatief gesprek of tijdelijke begeleiding. Neem direct contact op of kijk op www.ziezon.nl. Daar staat aan de rechterkant een kaart van Nederland. Klik op een blauw blokje die het dichtst in de buurt is van de plaats waar het kind naar school gaat. Je ziet dan de contactgegevens van de consulenten OZL bij jou uit de buurt. Zij kunnen telefonisch of per mail advies geven.
Als het om een leerling gaat die is opgenomen in een universitair medisch centrum, klik dan op een rood blokje. Dan zie je contactgegevens van consulenten OZL die het zieke kind ondersteunen tijdens het verblijf in een universitair medisch centrum.
Er zijn géén kosten verbonden aan het tijdelijk inschakelen van een consulent OZL. De landelijke voorziening Onderwijsondersteuning Zieke Leerlingen wordt gesubsidieerd door het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.
Elske van Spanje beantwoord alle vragen rondom ziektebeelden. Zij is informatiespecialist bij Ziezon. Mail naar g.h.vanspanje@amc.uva.nl
Door hun ziekte kunnen leerlingen niet altijd optimaal profiteren van het reguliere onderwijsaanbod. Aanpassingen in het lesprogramma zijn vaak noodzakelijk, ongeacht of de zieke leerling nu volledig, deels op school of thuis onderwijs volgt. Aanpassingen kunnen gemaakt worden in de samenstelling van het lesrooster, de duur van de lessen, de lesstof en de toetsen die worden gemaakt. Met een individueel lesprogramma (dat aansluit bij de mogelijkheden van het kind) wordt de achterstand beperkt en verloopt de schoolloopbaan met zo min mogelijk onderbrekingen. De consulent OZL ondersteunt het kind en de school hierbij.
Wanneer zieke leerlingen gespreid examen doen geldt dat zij het schoolexamen moeten inleveren vóór het centrale examen van het betreffende vak plaatsvindt (zie Eindexamenbesluit artikel 32, lid 3). Profielwerkstukken en sectorwerkstukken moeten ingeleverd worden vóór de examenuitreiking van het betreffende vak. De school mag in beide gevallen een datum aangeven waarop het schoolexamen en het werkstuk uiterlijk moeten worden ingeleverd. Het Examenloket beantwoordt alle vragen over wet- en regelgeving bij examens in het voortgezet onderwijs. Dit loket is telefonisch bereikbaar op werkdagen van 08.30 uur tot 17.00 uur op 079-323 2999 (of mail naar examenloket@duo.nl).
De school heeft de vrijheid om hier zelf over te beslissen. Welke vakken wel of niet worden gevolgd, mag de school zelf bepalen, als dit de toekomstige profielkeuze maar niet belemmert. Dit valt onder de beleidsruimte van de school. Overleg als ouder hierover met de school. De school maakt vervolgens een plan voor de leerling en dient dit in bij Inspectie voor het Onderwijs.
De Leerling Gebonden Financiering (LGF) of ‘rugzak’ is verdwenen per 1 augustus 2014 met de komst van Passend Onderwijs. Vanaf 1 augustus 2014 kan er geen ‘rugzak’ meer worden aangevraagd. Het budget blijft wel beschikbaar voor leerlingen die extra zorg nodig hebben, maar dat budget gaat sinds 1 augustus 2014 rechtstreeks naar de samenwerkende schoolbesturen (samenwerkingsverbanden). Ook voor de ondersteuning van zieke leerlingen, waarvoor een langdurig ondersteuningstraject nodig is, kan bij de samenwerkingsverbanden een beroep worden gedaan vanaf het schooljaar 2014-2015.
Neem voor meer informatie contact met ons op via ozl@marant.nl of bel met onze Servicedesk via 0481 – 43 93 27.